werdt dezelve aldaar opgewagt door de Colonel VAN DER CAPELLEN en verdere hoofdofficieren der onderscheidene korpsen, welke de blokkade van Delfzijl hadden geformeerd, alsook door de Commandant der Engelsche schepen van oorlog, welke daartoe van de zijde van de Eems hebben medegewerkt.

Door dezen werd de heer Gouverneur, onder het losbranden van 21 kanonschoten van de wallen en onder het spelen van een schoon veldmuziek, door eene rei van de onderscheidene korpsen begeleid naar het huis van den heer J. P. Vos, alwaar alles tot deszelvs ontvangst gereed was.

Dadelijk geschiede de plegtige inbezitneming dezer vesting uit naam van Z. K. H. onzen geliefden Souverein, bij eene Proclamatie, welke ten dien einde van wege den heer Gouverneur werdt afgelezen en door de ingezetenen en ene grote menigte aanschouwers met vreugde wierdt aangehoord, zulks door een algemeen Hoezee en Vivat Oranje bevestigende, waarna de provisioneele regeering in deze vesting wierdt beeedigt en ge-installeerd.

Vervolgens ontving den heer Gouverneur de complimenten van de heeren officieren en andere gedistingueerde personen, waarna de troepen voor den heer Gouverneur en de Colonel VAN DER CAPELLEN defileerden en naar hunne cantonnementen terug keerden, blijvende het 9de bataillon infanterie van ligne tot garnisoen der vesting.

Daarna heeft den heer Gouverneur de wallen en verdere aanstalten ter verdediging der vesting, door de vijand gemaakt, geinspecteerd, en is, aan de haven komende, getuige geweest van de verwoestingen door het Fransche garnisoen aan dezelve toegebragt.

Dit alles afgelopen zijnde, wierden de commandanten der onderscheidene korpsen bij den heer Gouverneur ter maaltijd genodigt, waarna dezelve te 6 uren, ge-escorteerd als bij deszelfs aankomst, naar Groningen retourneerde.

Den 25 Meij wierden de 15 compagnien Landstorm uit deze provincie, na hunne wapenen in het Lands arsenaal te Delfzijl te hebben overgebragt, voor de aanmerkelijke diensten, door dezelve aan Vorst en Vaderland bewezen, bedankt en keerden naar hunne woningen terug.

De Colonel BUSCH begaf zich dienzelfden morgen met de Nationale Garde en overige korpsen, benevens 2 compagnien artillerie met derzelver veldstukken, naar Groningen, na vooraf

de regeering van Appingadam deszelfs dankbaarheid betuigd te hebben, voor de onvermoeide pogingen welke dezelve gedurende zes maanden heeft aangewend, om in alle de behoeftens van het belegeringskorps zooveel mogelijk te voorzien 1). Deze troepen wierden op eene korte afstand van de stad ingehaald door het bataillon gewapende Burgermagt van Groningen, hetwelk ook een gedeelte van het belegeringskorps had uitgemaakt, en marcheerden, door het korps musikanten voorafgegaan, de stad binnen.

De Steentilpoort en barrière waren met Oranje en Hollandsche vlaggen vercierd. Bij de poort werden deze troepen verwelkomt door de heeren Districts-Commissarissen en Colonels van de Landstorm in deze provincie en begeleid naar de grote markt, alwaar dezelve wierden afgewagt door de kommanderende Generaal van het 8ste militair arrondissement, O. GRAVE VAN LIMBURG de Regering der stad, gelijk ook de militaire Commandant en officieren van het garnisoen.

Nadat de troepes zich op de markt geschaard hadden, wierdt door den heer Commissaris van het arrondissement Groningen, de heer P. G. VAN IDdekinge, eene hartelijke aanspraak aan de onderscheidene korpsen, zoo uit deze provincie als uit de provincie Friesland, gedaan, waarbij dezelve uit naam van den heer Gouverneur bedankt wierden voor de gewigtige diensten zedert de laatste zes maanden aan Vorst en Vaderland bewezen, en dat de ingezetenen van Groningen nimmer zouden vergeten, dat zij de handhaving van rust en orde, bij het vertrek der Franschen en de inkomst der Geailleerde troepen, alleen aan

') Wij deelen ten slotte nog den brief van dankbetuiging zelven uit het Journaal van den heer CLEVERINGA mede:

De Colonel BUSCH aan den Burgemeester der stad Appingadam!

Zedert zes maanden met mijne troepes in Uwe gemeente hebbende doorge bracht, ten einde dezelve voor de vernieling des vijands te beschermen, heb ik steeds uwe welwillendheid en uwen ijver bewondert, met welke UEd. in de behoeften der troepes hebt voorzien.

Hartelijk betuige ik U.WelEdle mijnen dank voor het goed onthaal gedurende ons verblijf alhier bij de ingezetenen genoten. Zeer aangenaam is het mij, dezelve van deze zware last, gedurende zes maanden met bereidwilligheid gedragen, thans te kunnen ontheffen.

Ontvang mijn heer den Burgemeester de verzekering van mijne bijzondere hoogachting.

(Was get.) De Colonel BUSCH."

de onvermoeide en eensgezinde pogingen der gewapende Burgermagt en Nationale Garde te danken hadden.

Deze aanspraak werdt door de Colonel BUSCH in gepaste termen en voorts met de levendigste toejuiching, zoo van de troepen als van duizenden aanschouwers, onder het geroep van Hoezee en Vivat Oranje beantwoord.

Daarna defileerden de troepen voor de hooge militaire en civiele autoriteiten, en begaven zich naar het Provinciehuis om de drie vaandels te deponeeren; wijders naar 's Lands arsenaal, waar dezelve hunne wapenen overbragten en verder door hunne chefs wierden bedankt. De heeren officieren wierden vervolgens op het stadshuis op een prachtig dejeuner onthaald.

In den nademiddag kwam ook het korps vrijwilligers onder aanvoering van den Major KRUSEMAN binnen en wierdt op dezelfde plegtige wijze door de genoemde heeren Arrondissements-Commissarissen ontvangen, en door de heer Generaal Grave VAN LIMBURG STIRUM, de stads Regering en verdere heeren officieren op de markt opgewagt, en dit korps door den heere Commissaris in het arrondissement Appingadam H. W. HOVINGH bij ene hartelijke aanspraak voor deszelfs gewigtige diensten aan Vorst en Vaderland bewezen bedankt, hetwelk met een luid vreugdegeroep van Hoezee en Vivat Oranje beantwoord wierdt, waarna dit korps voor de heer Generaal VAN STIRUM defileerden en zich na 's Lands arsenaal begaf, om hunne wapenen aldaar te deponeeren. De heeren officieren wierden in de Doelen op een keurig dejeuner onthaald.

Den 27 Mei vertrok uit Groningen naar Leeuwarden de Nationale Garde uit de provincie Friesland, wordende door het korps musicanten tot buiten de stad begeleid, hebbende gedurende deszelfs kort verblijf in deze stad de dankbaarste blijken voor derzelver betoonde ijver voor de belangen van Vorst en Vaderland ontvangen.

IV.

UITTREKSELS uit de Besluiten van de Maire der stad Groningen en van de Raden van Prefecture en Commissarissen-Generaal.

a. BESLUITEN VAN DE MAIRE DER STAD GRONINGEN.

14 November 1813. Schippers gelast zieke militairen uit het Fransche hospitaal te transporteren.

De Prefect verlaat de stad.

15 Nov. Commissie benoemd om 's nachts op het raadhuis tegenwoordig te zijn, ten einde in voorkomende en noodzakelijke gevallen dadelijk orders te geven.

Heden morgen te 10 uren een detachement Kozakken onder bevel van Kapitein HOWAROW binnen gemarcheerd; de Kapitein op het stadshuis ontvangen, de paarden in de stallen bij Ebbingeboog en de manschappen bij de ingezetenen aldaar ingekwartierd.

16 Nov. 's Morgens 100 Kozakken onder bevel van den Overste BARABANSCKOW van Zwolle binnen gemarcheerd; 's namiddags gelijk detachement van Winschoten onder bevel van den Overste Baron ROSEN. Zij zijn gecomplimenteerd door den Maire, den Adjunct en de gecommitteerde leden uit den Municipalen raad in het logement de Doelen; de paarden in den stal bij Ebbingeboog, in het arsenaal, in den stal van den heer BOSS en van andere particulieren geplaatst. Voorts maatregelen genomen voor de voeding dezer troepen, alsmede voor de krijgsgevangenen.

Buiten de Apoort een schip besteld voor de vrouwen en kinderen van Douanen, en gelast om ze dezen nacht in een herberg aldaar op te nemen en te verzorgen en op den volgenden dag naar Amsterdam op stads kosten te vervoeren.

Desgelijks 128 vrouwen en 241 kinderen van Douanen uit Oostvriesland te verzorgen en naar Amsterdam en Antwerpen

te vervoeren.

De Overste BARABANSCKOW gelogeerd in het huis van de stad op de Nieuwe weg.

17 Nov.

De Fransche zieke militairen door de Kozakken teruggebragt, weder in het hospitaal op te nemen.

18 Nov. Proclamatie van Baron ROSEN, dat alle ambtenaren bij provisie in hunne posten zullen blijven.

19 Nov. Rapport over de localen, geschikt tot berging van manschappen en paarden.

20 Nov. Brief van den Vorst NANISCHKING te Hardenberg, om betaling van f 120,000 voor 3000 ellen laken.

De wacht hebbende leden der gewapende Burgermagt. en Nationale Garde, die zulks verkiezen, vleesch en brood van stadswege te verschaffen.

21 Nov. Aanstelling van Politie. Dito 22 Nov.

22 Nov. Brief over de betaling van de ƒ 120,000 voor 3000 ellen laken, vóór den 26 Nov. e.k.

Politie over publieke vrouwen.

23 Nov. De Russische Keizerlijke Generaal HAWAISKIJ met 400 Kozakken binnengerukt en gelogeerd in het huis op de Nieuwe weg.

29 Nov. Over eene tegemoetkoming aan de leden der gewapende Burgermagt en de Nationale Garde.

3 Dec. Eenige zeilmakers opgelegd 300 linnen zakken binnen twee dagen te leveren, om te dienen voor ransels.

23 Mei 1814. Aan den Luitenant ROOSMALEN ƒ 500 verstrekt, om aan de schippers eenig voorschot te geven tot het vervoeren der vrouwen en kinderen uit Delfzijl.

30 Junij. De som van ƒ 474 toegestaan ter gelegenheid der terugkomst van de belegeringskorpsen van Delfzijl voor ververschingen aan derzelver officieren.

b. BESLUITEN VAN DE RADEN VAN PREFECTURE EN

COMMISSARISSEN-GENERAAL.

20 Nov. 1813. Publicatie van de Raden van Prefecture, provisioneel belast met de administratie van het departement de Wester-Eems, naar aanleiding van eenen brief van den Baron ROSEN, dat de ingezetenen te lande zich rustig en vredig zullen moeten gedragen en dat de overtreders aan de regtbanken zullen worden overgeleverd om ten strengste te worden gestraft.