صور الصفحة
PDF
النشر الإلكتروني

kolonie in bedwang te houden. Nederland zou aan plichtverzaking schuldig zijn, indien het de Inlanders ooit overliet aan de kleine groep Indo-Europeanen; den goeden niet te na gesproken, is het onbetwistbaar, dat die dun gezaaide kolonisten niet door zedelijke, maar alleen door financiëele motieven naar Indië vertrokken. Nederland moet er verder naar streven: le zijn Souvereiniteit over den geheelen Archipel uit te breiden; 2e die Souvereiniteit niet dan uiterst langzaam te laten voortwerken, en 3e onder het schild van die Souvereiniteit voor elk eiland zich dien toestand te laten ontwikkelen, die bij den aard van zijn bevolking en zijn geographische ligging past. De poging der Regeering om van Noord-Sumatra elke andere Souvereiniteit te weren wraakt de Standaard niet; alleen keurt bij af overhaaste vredebreuk en onevenredig geweld," omdat dit ons militair en financiëel ruïneert, en door rechtskrenking in moreelen zin verdere uitbreiding van ons gezag belemmert. De Standaard noemt het een blijk van bekrompen politiek en weinig berekenend beleid, dat men te Buitenzorg bij het overgaan van de Soeloe-eilanden aan Spanje toczag, en de nederzetting bij Broenei geworden liet, in een tijd, toen nog wel degelijk het beginsel gold, dat een Engelschmau geen andere Souvereiniteit kon aanvaarden, dan ten behoeve der Engelsche kroon 1). De Standaard ijvert er voor, dat men zoo op het Plein als op het Buitenhof alsnog trachte, op Borneo en elders geheel de vrije hand te verkrijgen, en onze Souvereiniteit, langs vredelievenden weg en bij minnelijke schikking, over den geheelen Indischen Archipel uit te breiden.

Komt men ten slotte op de hoogst gewichtige vraag der defensie, dan stemt ieder toe, dat het alleen tegenover Engeland zaak is, gestadig op zijn hoede te zijn. Engeland is gevaarlijk om zijn bijna eindeloos assimilatie-vermogen en zijn onverzadigbare hebzucht, »die met de Transvaal en Afghanistan heusch nog niet aan haar laatste bete toe is." Maar het zou vooral gevaarlijk worden, indien de antinomie tusschen St. James en Berlijn-Petersburg zich nog scherper ontwikkelde, en men in ons tusschen beide inliggende een dekking van zekere grenzen zocht. Dan zou Engeland ons nog wel eens weer den dienst willen bewijzen, »onze koloniën in bewaring te nemen." Zouden wij niet blijk geven van vroeder zin, door ons tijdig met een andere mogendheid te verstaan, dan wie wij c. q. ons bezit in bewaring konden geven? Bleef het slechts bewaringstaak, dan kon daarvoor in geld, werd het oorlog om onzentwil, dan kon daarvoor in land een behoorlijk loon te kwijten zijn Reeds de wetenschap dat wij zulk een tractaat hadden gesloten, zou Engeland licht van elken aanval op ons koloniaal bezit doen afzien, juist om geen derde macht in Oost-Indië te doen opkomen.

DE OUD-CONSERVATIEVE KOLONIALE STAATKUNDE wordt door het Dagblad van 1 Februari tegen de Standaard in bescherming genomen. Het noemt het een laster, dat het cultuurstelsel »een landsvaderlijke

1) Dit blijkt uit een in het Handelsblad van Januari afgedrukte correspondentie tus.chen den Hr. Woudrichem van Vliet en den Hoogleeraar Leone Levy.

albemoeiing met ongeoorloofde zucht naar exploitatie" is; een laster, dat van den Bosch uitgezonden zou zijn met een andere order dan om Java productief te maken voor de schatkist niet alleen, maar ook ten bate der bevolking, en een moedwillige onwaarheid, dat de Heer G. L. Baud de verdierlijking van den Javaan door opium zou hebben voorgestaan uit fiscale hebzucht. De cijfers, waarmede de Standaard betoogt, dat den Javaan, bij de koffiecultuur ingedeeld, te weinig wordt uitbetaald, zal het Dagblad niet nagaan, maar het vraagt, of een grondeigenaar aan onzedelijke exploitatie van zijn arbeiders schuldig is, wanneer hij voordeel op den oogst behaalt, en of men een zuivere rekening maakt, wanneer men in aanmerking neemt, wat de grondeigenaar aan de arbeiders als loon uitkeert, en dit, vermeerderd met eenige andere onkosten die men begrijpt, dat hij gemaakt moet hebben, met de opbrengst van den oogst gaat vergelijken. Het cultuurstelsel berustte op het besef, dat er op Java onnoemelijke schatten aan hoogst vruchtbaren grond braak lagen; dat de bevolking, tropisch vadsig en kinderlijk onnadenkend, aan honger en gebrek was blootgesteld; dat haar arbeidzaamheid moest worden opgewekt; dat dit alleen geschieden kon door dwang, en dat door dien dwang de schatten van Java aan moederland en bevolking ten goede zouden komen. Dat, zegt het Dagblad, was de grondslag van het stelsel. En het gevolg was, dat de bevolking toenam, en dat na de invoering van het cultuurstelsel de inlanders zoo niet geheel, dan toch grootendeels bewaard bleven voor hongersnood.

Mogen wij het Dagblad in overweging geven, zijn betoog voort te zetten en te versterken:

1o. door den bedoelden brief van den Heer G. L. Band in zijn kolommen geheel over te drukken;

2o. door de becijfering van de Standaard wèl na te gaan, en ze, in plaats van met enkele krachtige woorden die nu juist geen krachtige argumenten zijn met cijfers te weerleggen;

3o. door aan te toonen, dat al die aanschrijvingen van de Nederlandsche Regeering, om meer en nog meer remises, verkeerd begrepen zijn;

4o. door uiteen te zetten, dat de arbeidzaamheid werkelijk bevorderd wordt door dwang; en

5o. door duidelijk te maken, waarom een stelsel dat in ongeveer 45 jaren meer dan zeven honderd millioen guldens uit Indië naar Nederland trok, terwijl het de kolonie zelve van onderwijs, communicatiemiddelen, enz. enz. verstoken liet, een eerlijk en rechtvaardig stelsel verdient te heeten?

Het Dagblad zou daardoor velen kunnen overtuigen, en voor het conservatisme winnen.

ERRATUM. Hiervoren op bladz. 314 regel 28 v. b, staut vermeerderd, i. p. v. verminderd. ain blijkt het trouwens.

[blocks in formation]
[ocr errors]

Varia.

EEN AUSTRALISCHE BOND.

De vereeniging van de verschillende Australische koloniën tot één gebied even als de Britsche bezittingen in Noord-Amerika werdt door een groot gedeelte der kolonialen gewenscht. In een afscheidsrede, welke Sir George Bowen (Gouverneur van Victoria) te Melbourne hield, merkte hij op, dat een bond aan den najver der verschillende koloniën een einde maken, en haar met een waren nationalen geest bezielen zou. Nu reeds, zeide hij aan het slot van zijn toespraak, zou een Australische bond, wat inkomsten en handel betreft, een plaats innemen onder de tien of twaalf grootste natiën van de wereld, want zijn inkomsten zouden 16 millioen pond sterling bedragen, en zijn handelsbeweging zou een waarde van 92 millioen pond vertegenwoordigen, en hoe belangrijk zou het gebied worden onder een volgende generatie! Elke provincie of kolonie zou voor haar locale aangelegenheden haar eigen wetgeving kunnen behouden, en de zorg voor het telegraafwezen, mailsubsidiën, algemeene maatregelen van defensie, en een Hof van Appel kon aan een federale Uitvoerende Macht en een federaal Parlement overgelaten worden.

Er zijn echter nog vele hinderpalen te overwinnen, voordat de wenschelijke verandering tot stand komt. Talrijke voorstanders telt het denkbeeld reeds, zooals gezegd werd; maar ook moet erkend worden, dat het nog niet blijkt, dat er een meerderheid voor aan te wijzen is.

PAPIERCONSUMPTIE.

The Paper Trade Journal vertelt, dat een der voornaamste handelshuizen te New-York onlangs haar oude boeken aan kant deed, en voor oud papier verkocht. Het totaal gewicht was 110 Eng. Tox, de brievenboeken alleen wogen 15 ton. Netto ontving de firma 9000 dollars als betaling.

The Trade Journal vindt zulk een consumptie natuurlijk zeer loffelijk; als motto prijken op elk nummer van dat blad de woorden die ook het devies der Regeering van Nederlandsch-Indië schijnen te zijn: >Het verbruik van papier is de maatstaf voor de beschaving van een volk." (The consumption of paper is the measure of a people's culture.) Ongelukkig is het dat die beschaving dikwijls alleen tot genot van papierhandelaren en witte mieren strekt.

NIEUWE BELASTINGEN VOOR NEDERLAND.

Twee wetsontwerpen tot het invoeren van nieuwe belastingen in Nederland zijn gepubliceerd: het eene betreft een effectenbelasting, het andere een belasting op goederen in de doode hand. De Memorie van Toelichting voor het eerstgenoemde ontwerp stelt onder anderen de vraag: » Welke zal de opbrengst der belasting zijn?" en antwoordt:

>Ofschoon voor een juiste schatting der hier te lande aanwezige kapitaalswaarde in effecten de noodige gegevens ontbreken, is toch in de nitkomsten der successie-belasting eenige maatstaf voor de berekening van die waarde te vinden.

>> Het actief der boedels, waarvoor in 1875, 1876 en 1877 memoriën van successie zijn ingediend, beliep, voor zooveel het bestond nit effecten belastbaar naar het wetsontwerp;

in 1875
» 1876

1877

f 37,518,627

» 36,880,180
» 26,299,668.

>Het kapitaal in effecten, in de zijlinie bij versterf overgegaan, bedraagt dus over gemelde jaren gemiddeld

[ocr errors]
[ocr errors]

>Volgens de vooronderstelling, aangenomen bij de Memorie van Toelichting tot het wetsontwerp der successiebelasting in de rechte lijn, zouden de kapitalen in effecten in gemelde jaren in de rechte lijn vererfd ongeveer het dubbele bedragen, dus

Totaal

f. 33,566,158

» 67,132,316

f 100,698,474 »Aangenomen voorts, dat een boedel gemiddeld ééns in de 30 jaren bij versterf overgaat, dan zal het aanwezige kapitaal in effecten ongeveer het dertigvoud der gevonden som bedragen of f 3,020,954,220, in rond cijfer 3 milliarden.

Bij een belasting van een per mille zou dus op een opbrengst van drie millioen gulden voor de schatkist te rekenen zijn."

De belasting op de goederen in de doode hand zal, naar raming, zes ton opleveren.

Het staat te bezien, of de Staten-Generaal deze belasting-vermeerdering goedkeuren zullen, hoe matig ze ook zij, en hoe billijk ook ten opzichte der minder gegoeden in Nederland en tevens ten opzichte van Indië.

De poging van den Minister, om een reeds te lang gedulde bevoorrechting af te schaffen, althans te beperken, en om Nederland tot financiëele zelfstandigheid op te leiden, verdient intusschen een woord van dank.

MOETEN VREEMDELINGEN ONS NOG VERDER

OVERVLEUGELEN?

Het Album der Natuur vestigde onder het opschrift » Osteologie der Atsjineezen" in het Wetenschappelijk Bijblad van de derde aflevering van dit jaar de aandacht op de ethnologie van Noord-Sumatra. Het bericht in de Academy, dat Dr. Riccardi in het Musetim te Florence reeds den schedel van een Atsjinees onderzocht, gaf er aanleiding toe. Het is te vreezen, zegt het Album met alle recht, dat de Italianen en andere volken, die met de Atsjineezen niets te maken hebben, ons iu de bekendheid met dat volk zullen vooruitkomen, even als het nu te vreezen staat, dat verscheiden andere volken in bekendheid met Nieuw Guinea waarop Nederland de naaste betrekking heeft en in de voordeelen, aan die bekendheid verbonden, ons zullen overvleugelen. Wetenschappelijk geraken wij hoe langer hoe meer op den achtergrond. In de vorige aflevering van dit tijdschrift zijn een menigte bewijzen van de ons beschamende werkzaamheid der vreemdelingen in den Nederlandschen Indischen Archipel opgenoemd. Sedert is onder anderen nog bekend geworden het vertrek van den Engelschman Forbes naar Celebes.

Ook verscheen sedert het Januari-nummer van de Proceedings of the Royal Geographical Society met een artikel van L. M. d'Albertis, Journeys up the Fly River and in other parts of New-Guinea getiteld. De beschrijving van die meerendeels hoogst avontuurlijke tochten is uit een wetenschappelijk oogpunt beschouwd niet zeer belangrijk, maar zij bevat één uitdrukking, die ons Nederlanders, tot ernstig beraad en tot handelen moet stemmen. Het is deze: »Naar mijn meening is Nieuw-Guinea met Australië geographisch één, en ook politisch zal het naar alle waarschijnlijkheid met Australië verbonden worden." Men mag er op rekenen dat d'Albertis in die woorden te kennen geeft, wat velen in Nieuw-Holland wenschen en tevens beoogen. Indien Nederland ten aanzien van Nieuw-Guinea niet waakzamer is dan ten aanzien van Borneo, dan zullen ook in het Oostelijkste gedeelte van den Indischen Archipel de Brookes en Overbecks niet uitblijven.

Blijkens een in de Times opgenomen bericht zijn dezer dagen de Zuidelijk van Java gelegen Kokos-eilanden tot een Engelsche bezitting verklaard.

« السابقةمتابعة »